Interview met André Jurrius: hollands boontje levert volop plantaardige-eiwitten
24 april 2025: André Jurrius (biodynamisch akkerbouwer en mede-oprichter van Lekker Lupine) in gesprek met journalist Michiel Elands
Bron: Groen Kennisnet - via deze link op Groen Kennisnet
André Jurrius (49) kijkt aan het begin van de lente uit over de nog onbezaaide akkers. Aan de horizon doemt de stad Wageningen op. Deze plek op Ekoboerderij de Lingehof wordt het ‘Lekker Lupine inspiratiehuis’. André checkt samen met monteurs de vloerverwarming, die net is aangelegd in een van de schuren op het boerenbedrijf in Randwijk. Hij wijst naar de ruimte waar een professionele keuken komt. “Dit is een plek waar mensen straks samenkomen, en kunnen oefenen met het ontwikkelen van nieuwe producten van plantaardige eiwitten. En waar we kunnen bouwen aan een toekomstbestendige duurzame land- en tuinbouw. We zijn dus echt aan het pionieren. We willen het gewas onder de aandacht brengen van boeren, burgers en buitenlui.”
Het zijn spannende tijden voor de innovatieve ondernemer van Ekoboerderij de Lingehof. Het is al jaren Jurrius’ missie om weg te blijven bij een monocultuurlandbouw en in te zetten op biodiversiteit. Om chemische middelen die gezondheidsschade kunnen veroorzaken in de ban te doen en om te experimenteren met de teelt van duurzame eiwitten. “We kappen aan de andere kant van de wereld regenwoud weg voor de productie van soja, terwijl we in eigen land prima eiwitrijke bonen kunnen verbouwen”, weet de biodynamische akkerbouwer. “Ik heb ook zelf echt een passie voor telen.”
“We zijn gewoon doeners. We proberen het vliegwiel aan het draaien te krijgen, en dan moet je ook overstijgend denken en risico’s nemen. Ik voel de verantwoordelijkheid om me in te zetten voor een gezonde landbouw, en te bouwen aan een goed verdienmodel voor boeren en tuinders.” André Jurrius, 2025
Vegetarische producten
Ekoboerderij de Lingehof is een biodynamisch akkerbouwbedrijf, grenzend aan het riviertje de Linge in Randwijk. Het pachtbedrijf is onderdeel van het Landgoed Heerlijkheid Hemmen. Sinds 2005 woont André Jurrius hier met zijn vrouw Marieke en hun drie dochters. In 2008 kreeg de tuinder de vraag van ‘Vegetarische Slager’ Jaap Korteweg of hij lupine wilde gaan verbouwen. Hij zei volmondig ‘ja’.
Jurrius is daarmee een belangrijke grondstof gaan telen en leveren voor een reeks succesvolle vegetarische producten in het supermarktschap. Droge lupinebonen bestaan voor 36 procent uit hoogwaardige eiwitten. Inmiddels werkt Korteweg als ‘Vegan Cowboys’ aan een ‘smaakvolle veganistische variant van kaas’, en is Jurrius een van de drijvende krachten achter Lekker Lupine. Samen met Marieke Laméris van Proeflab Wageningen timmert hij vol aan de weg om de boon bekend te maken.
Droge lupinebonen van ekoboerderij Lingehof - foto Michiel Elands
Coöperatie akkerbouwers
In totaal zo’n 20 telers, van Zeeland tot Texel, leveren via een coöperatieve constructie bonen aan Lekker Lupine. “Het gaat om bonen die op allerlei manieren gebruikt kunnen worden”, weet Jurrius. “In pasta bijvoorbeeld, als meel, in broodbeleg, en als de lupineballetjes die nu al in de biologische supermarkt liggen. De grote supermarktketens hebben trouwens ook de hele bonen in het assortiment opgenomen.”
De Nederlandse teelt beslaat ongeveer 140 voetbalvelden aan lupinebonen. Zelf teelt Jurrius 7 hectare, naast gewassen als aardappelen, uien, spelt, gerst, pompoenen en quinoa. Grasklaver zet hij in als rustgewas om de bodem verder te verbeteren. De opbrengst daarvan gaat naar een melkveehouder die biologische stalmest teruglevert om de akkers te voeden. De tuinder heeft ook geïnvesteerd in een kolossale schoningsmachine, waar de ‘vuile’ lupinebonen na de oogst ingaan, en waar schone rauwe bonen uitkomen.
Goede bereiding
Een makkelijk gewas is lupine allerminst. De wilde variant is giftig voor mensen doordat ze veel van de alkaloïde lupanine bevatten. Dat is een bittere stof die alleen door een goede bereiding van de boon sterk teruggedrongen wordt. Voor menselijke consumptie zijn inmiddels wel speciale rassen veredeld, die alkaloïdearm zijn. Een andere complicatie: de boon kan bij sommige mensen allergische reacties veroorzaken.
Op het land is de boon een welkome aanvulling. “Het is een vlinderbloemig gewas dat met hulp van bacteriën zelf stikstof kan binden voor de groei en dus nauwelijks meststoffen nodig heeft”, zegt de ondernemer. “Het zorgt voor meer biodiversiteit en uiteindelijk ook voor een goed inkomen, zolang de markt in balans is. Daarbij kan zo’n gek boontje er in de toekomst ook echt voor zorgen dat Nederland meer zelfvoorzienend wordt als het gaat om eiwitten. En dat in een geopolitiek onrustige tijd, en met minder belasting van ons milieu. Dat is het grote plaatje.”
Goede resultaten
Voor het zover is, moet er nog heel wat water door de zee. Jurrius zet volop technologie en precisielandbouw in om zonder kunstmest of chemische gewasbescherming te telen op een grond van rivierklei. Hij legt bloeiende akkerranden aan voor meer diversiteit, en stimuleert het bodemleven met het gebruik van compostthee.
Om te kunnen concurreren met de goedkope producten uit het buitenland, is volgens de akkerbouwer uit Randwijk steun vanuit de overheid nodig. Daarnaast zou een groeiende biologische markt ook meer ruimte moeten bieden voor innovaties in de teelt, redeneert hij. “In de jaren 60 was mais een lastig gewas om in Nederland te telen. En kijk eens waar we vandaag de dag staan met deze eiwitten die we alleen voor het vee telen.”
De biologische teelt laat goede resultaten zien, maar in een nat jaar zoals 2024 verloopt de teelt uiterst moeizaam en kunnen plantziektes en schimmels oprukken. “Omdat wij geen chemie kunnen gebruiken, is zo’n jaar als ondernemer heel spannend”, zegt hij. “Als je chemie echt gaat uitbannen, ziet het toekomstplaatje er voor onze teelt veel beter uit. Het blijft spannend of we die stap als maatschappij durven te zetten, en een eerlijke prijs gaan betalen voor goede producten die duurzaam geteeld zijn.”
Toekomstige markt
Jurrius heeft grote investeringen gedaan om klaar te zijn voor een toekomstige markt. Zelf wil hij niet te boek staan als koploper. “We zijn gewoon doeners. We proberen het vliegwiel aan het draaien te krijgen, en dan moet je ook overstijgend denken en risico’s nemen. Ik voel de verantwoordelijkheid om me in te zetten voor een gezonde landbouw, en te bouwen aan een goed verdienmodel voor boeren en tuinders.”
Inmiddels heeft de akkerbouwer alweer een nieuw eiwitrijk gewas in het vizier: aardakker. Ook dit vlinderbloemige gewas is een bron van voedsel voor bijen en vlinders. En het levert eetbare knollen op die net zo veelzijdig ingezet kunnen worden als de oer-Hollandse aardappel. Je kunt de knollen koken, bakken, frituren of verwerken in tal van gerechten. “Er is heel veel mogelijk. En uiteindelijk is het aan de burger om de stap van dierlijke naar meer plantaardige eiwitten te nemen”, besluit hij.
Maandthema Groen Kennisnet : duurzame eiwitten
Het thema van april is duurzame eiwitten, een essentieel onderdeel van een toekomstbestendig voedselsysteem. Dit onderwerp speelt een rol binnen het hele groene domein, of het nu gaat om het verbouwen van nieuwe eiwitgewassen, het vervangen van dierlijke eiwitten door plantaardige alternatieven, of het benutten van reststromen in veevoer. Houd Groen Kennisnet in de gaten en ontdek de vele aspecten van duurzame eiwitten!
Lees het hele artikel en meer aanverwante artikelen via deze link op Groen Kennisnet